In het vriendelijke plaatsje Meerdorp, waar drie jongens en één meisje hun vakantie gaan doorbrengen, woedt een verbeten strijdt. De hoofdpersoon in die strijd, om wie alles draait, is “de chef”. Hij loopt met een rotting rond met zilveren knop en probeert alle jongens van het dorp aan zich te onderwerpen. De enige, die de strijd met hem durft aanbinden, is Christiaan, de zoon van de dierenarts. Onder zijn invloed gaan ook andere jongens meedoen om aan de terreur van de bende van de Zwarte Klauw een einde te maken. Zij moeten een zwaar gevecht op leven en dood leveren met de chef en de Zwarte Klauw, maar hun moed en dapperheid maken een eind aan de wrede, gemene praktijken van de chef en zijn volgelingen en zij verdrijven de chef uit het dorp. Maar voor het zover is, beleven Christiaan en zijn groep vele spannende ogenblikken die zo boeiend beschreven zijn, dat iedere jongen spijt zal hebben dat hij er zelf niet bij kon zijn.